Melissa van der Kamp 'tussen hoop en wanhoop'
Op zondag, 17 maart jl. ging geestelijk verzorger Melissa van der Kamp, voor in De Lichtkring en sprak over het thema tussen hoop en wanhoop aan de hand van Job 16 de verzen 1 t/m 22.
In het gelezen gedeelte is er duidelijk een roep om recht te horen. God waar bent U? Alleen tijdens dodenherdenking hoor ik de natuur en het lijden van deze wereld. Bestaat God wel want anders zou het lijden toch niet bestaan? We voelen onze eigen wonden van ziekte, pijn, verdriet, armoede, oorlog, misbruik, verlies en vult u het maar aan. Het doet pijn en wat moet je dan nog met God? We krijgen er maar geen grip op kwaad blijft kwaad en als we dan lezen in Job zien we ook hem worstelen met God. Hij was alles verloren en dit beeld van God was nieuw voor hem en toch liet hij Hem niet los. Job sleept God voor het gerecht. Job maakt God tot zijn tegenstander en medestander.
God als tegenstander
Job wijst naar God als zijn vijand: “U bent mij aangevallen” en “U heeft mij bij de keel gepakt” Job voelt zich duidelijk aangevallen en ervaart heftige pijn en verdriet omdat hij getroffen is door God. Toch keert hij zich niet af van Hem wat op zich een menselijke reactie zou zijn. Job staat op en zegt ik ben onschuldig. Zijn vrienden schrikken van zijn reactie want als Job onschuldig is wie is dan de schuldige God? “U heeft mij aangetast” zegt Job. Het zijn woorden met impact en emotie. Hoe durft hij en zijn vrienden gaan er tegen in. Spelen Gods advocaten en zwakken zijn woorden af. Het valt wel mee spreken zei en kijk naar wat je wel hebt of kunt. God zal er een bedoeling mee hebben. Tegenwicht in deze moeilijke situatie. Job hoort het aan en zegt deze woorden heb ik al zo vaak gehoord. Dooddoeners zijn het. Job snakt hier naar erkenning en bevestiging van zijn lijden. Liefde en lijden hebben beiden bevestiging nodig. Jobs bloed schreeuwt van pure onrecht. Maar dan zoekt hij het bij rechtvaardige.
God als medestander
Job beroep zich op God doe beloofd heeft het kwaad te vernietigen. Hij daagde de rechter voor het gerecht want zijn vertrouwen in God was groot en hij weet dat hij daar moet zijn. Het was een worsteling en zocht een getuige die voor zijn onschuld pleitte en zo wordt God hier zijn getuige. In zijn lijden wist Job niet meer wie God was en worstelde want hoe lang moest hij nog. Uit de tekst hult God zich lang in stilzwijgen maar nu neemt Hij het woord en geeft Job gelijk al moet Job het woord onrechtvaardigheid terugnemen want daarmee stak hij een grens over. God spreek weet je wat over Mij of ken je Mij lijkt Hij te zeggen hetgeen een groot verschil maakt. Job leert hier de diepere dimensie van God kennen en moet erkennen net als wij dat dingen in ons leven niet kloppen waar uitleg ontbreekt. We mogen dit bij God brengen net als Jezus deed in Zijn lijdensnood. God liet de duisternis op Hem los. Na de dodenherdenking volgt Bevrijdingsdag en eens komt die voor ons allen. Zo mogen we tot die tijd elkaar bijstaan. Lastig, ja maar Jezus liet ons Zijn handen zien en is ons nabij.